West Amerika 2007

26-5

Na onze massamoord van gisteren – we zijn dwars door een gigantische zwerm vliegjes gereden waardoor de hele voorkant van de auto vol met lijken zat – hebben we vandaag over een dodenweg gereden.

We zijn rond 8:30 vertrokken uit Torrey en zijn via Scenic Byway 12 naar Bryce Canyon gereden. Onderweg moesten we een heel groot stuk door het Dixie National Forrest rijden, voor de ingewijden: hier staan bomen, geen dixi’s. We waren vroeg in het park zodat we heel wat herten langs de kant van de weg gezien hebben.

Op een gegeven moment kwamen we op een punt uit waar we aan weerzijde van de auto een canyon hadden. We reden bovenop de kam van een canyon en met geen vangrail aan de zijkanten is dat toch niet helemaal prettig. Hoe verder we richting Bryce Canyon reden hoe meer doodgereden konijnen en eekhoorns we tegenkwamen, we hebben zelfs een doodgereden hert zien liggen. Dat is niet echt leuk om te zien en voor ons was de naam dodenweg dan ook snel op deze weg van toepassing, in dit geval niet voor omgekomen mensen maar omgekomen dieren. Het is verder een hele mooie weg om te rijden met fantastische uitzichten.

Rond 11:30 kwamen we aan bij Bryce Canyon waar we eerst weer een bezoek hebben gebracht aan het visitors center. We hebben een hike uitgezocht en zijn vertrokken richting de verschillende uitzichtpunten. Bij het eerste uitzichtpunt, Sunrise Point, waren we verbaasd van de mooie kleuren die je in deze canyon ziet. De mensen die wel eens bij mij thuis zijn geweest, ik zou er zo m’n huiskamer neer kunnen zetten. Nadat we langs alle uitzichtpunten waren gereden kwamen we bij het zuiden van de canyon aan waar ook de hike, Bristlecone Loop Trail van 1 mile, begint die we hadden uitgezocht. In tegenstelling tot de andere hikes die we de afgelopen dagen hebben gelopen ging deze hike een keer niet langs rotsen of over rivierbeddingen, deze hike ging door een naaldbomenbos. Onderweg kwamen we veel dode bomen tegen en volgens 1 van de borden kwam dat of door brand/blikseminslag of door termieten. In de auto hadden we al verschillende bomen gezien die door blikseminslag getroffen waren, die waren of helemaal verbrand en/of helemaal in tweeën gespleten. We zijn het er wel over eens dat dit het mooiste “rotsen” park is dat we tot nu toe hebben bezocht. De kleuren zijn schitterend, de foto’s doen de pracht bijna teniet.

Rond 4 uur hadden we ons rondje door het park gemaakt en zijn we terug gereden naar ons hotel dat vlakbij de ingang van het park ligt. Bij het inchecken kregen we de mededeling dat ze ons hadden geüpgrade naar het hotel aan de overkant van de weg, het Best Western Ruby’s Inn. Dat vonden wij helemaal niet erg. Bij het zoeken naar een hotel was dat onze eerste keuze maar helaas waren ze al volgeboekt. Nu zitten we voor de prijs van ons originele hotel in het hotel waar we in eerste instantie in wilden zitten, scheelt toch weer een paar dollar (die overigens op dit moment spotgoedkoop is).

We staan ook iedere keer weer versteld van de internet verbindingen hier. Op dit moment hebben we een hele goede verbinding, maar we hebben het ook meegemaakt dat we wel een wireless verbinding konden maken maar dat internetten er niet in zat. Even naar een hotel in de buurt rijden waar ze wi-fi aanbieden en je hebt zo een redelijke verbinding.

Gereden miles: 150 (240 km)
Tanken: $ 0
Bryce Canyon NP: $ 0, nationale park pas

27-5

Vanmorgen hebben we lekker een luie ochtend gehouden. We zijn pas om 8:30 opgestaan, hebben op de kamer ontbeten en zijn om 9:45 vertrokken richting Zion NP.

We hadden een bezoek aan Cedar Breaks National Monument op het programma staan, maar na wat informatie te hebben opgezocht op internet hebben we besloten deze te schrappen uit de route, dat scheelde toch weer 80 km. Toen we net uit Bryce vertrokken waren hebben we voor het eerst een echt fietspad gezien, dat is toch wel een unicum in dit land.

Bij aankomst in Zion moet je eerst 12 mile door het park rijden voordat je bij het visitors center komt. Op deze weg kom je ook 2 tunnels tegen, de eerste was geen probleem, maar voor de 2e kwamen we in de file terecht. De tunnels zijn in de jaren 20 al aangelegd en toen waren de auto’s nog niet zo hoog en breed als ze tegenwoordig zijn. Alle bussen en campers moeten dan ook $15 extra betalen om gebruik te mogen maken van de 2e tunnel. Het verkeer wordt hier door rangers geregeld, eerst de ene kant en daarna de andere kant. De 2e tunnel is ingebouwd in de rotswand en af en toe kan je naar buiten kijken. Tunnelverlichting doen ze hier niet aan dus het is pikkedonker. Er wordt voor de tunnels ook gewaarschuwd dat je je lichten aan moet doen en zonnebrillen af.

Na flink wat haarspeldbochtjes kwamen we eindelijk bij het visitors center aan. Parkeren is hier een groot probleem want je mag niet met je eigen auto het park in, vanaf het visitors center rijden shuttles door het park heen. Er was ook geen plaatsje te vinden dus zijn we door gereden naar ons hotel in Springdale waar voor de deur een shuttle stopt die je naar het park brengt. Inchecken kon wel maar onze kamer was nog niet klaar. Dat was voor ons geen probleem want we wilden onze wandelschoenen aantrekken, wat lunchen en dan gelijk door naar het park. Terwijl we ons toetje aan het op peuzelen waren kwam de dame van de receptie naar buiten dat onze kamer klaar was dus we hebben onze spullen naar boven gebracht en zijn toen alsnog naar het park vertrokken.

We hadden van te voren al besloten om de Upper Emerald Pool te lopen. Uiteindelijk bleek dit de Middle Emerald Pool te zijn en konden we halverwege kiezen tussen de Upper en Lower Emerald Pool. Het was niet onze bedoeling om vandaag veel te lopen, maar uiteindelijk hebben we toch nog zo’n 4 mile gelopen, waarvan gedeeltes toch nog vrij stijl omhoog gingen. De Emerald Pool bestaat eigenlijk uit een wandeling naar verschillende beekjes. Het eerste beekje waar we aankwamen mond uit in een waterval waar je de rest van de wandeling een beetje omheen loopt. Na de eerste beek kom je bij een splitsing waar je kan kiezen om naar de Upper of naar de Lower Emerald Pool te lopen. Wij hadden geen zin om meer te klimmen dus hebben we gekozen om via de Lower Emerald Pool terug te lopen naar de shuttle bus.

Na het nuttigen van een appel hebben we de shuttle naar het einde van de route genomen om een kijkje te nemen bij de Riverside Walk, deze trail komt uiteindelijk uit bij de Narrows van de canyon. We hadden eigenlijk geen zin meer om te lopen maar hebben toch besloten om naar het einde van de Riverside Walk te lopen. Aan het einde van deze trail kan je nog een heel stuk verder lopen door de rivier tussen de canyon wanden door, dit hebben wij niet gedaan. Het unieke aan het water dat je in de canyon tegenkomt is dat het op sommige delen 1200 jaar oud is, zo lang doet het water er over om door het zandsteen te sijpelen. Aan het einde van de trail zijn we weer terug gelopen naar de shuttle en zijn we terug gegaan naar ons hotel, hebben ons even opgefrist en hebben een lekkere BBQ-pizza aan de overkant van de straat gegeten. Op de weg terug naar het hotel was een beetje opschudding op straat, nieuwsgierig als we waren, zijn we gaan kijken. Het bleek dat er een kleine ratelslang achter een krantenbak verborgen zat. Mariska stond al bijna aan de overkant van de straat, maar ik moest natuurlijk een kijkje nemen. Uiteindelijk heeft ze dan toch maar geprobeerd om een foto te maken maar die is helaas niet goed gelukt, het was net iets te donker achter de krantenbak.

Morgen komen we voor ons gevoel eindelijk weer thuis in de grote stad, Las Vegas!! Uiteraard geen update over onze avonturen in Vegas zelf want “What happens in Vegas, stays in Vegas!!”

Gereden miles: 84 (134 km)
Tanken: $ 0
Gelopen miles: 3,6 (5,75 km)
Zion NP: $ 0, nationale park pas

28-5

Na een simpel ontbijt op onze kamer zijn we rond half 9 vertrokken richting Las Vegas. Het eerste stuk ging voornamelijk over de interstate waardoor we snel in de buurt van het Valley of Fire State Park kwamen. We hebben hier ongeveer een half uur rondgereden en waren redelijk verbaasd over de kleur van de rotsen. De rotsen doen de naam van het park eer aan, ze zijn namelijk knal rood.

Vanuit Valley of Fire zijn we binnendoor verder gereden richting Las Vegas. De weg slingert parallel aan Lake Mead, alleen zie je hier heel weinig van want je rijdt er een paar mijl naast. Op zich is dat wel jammer want de weg is daardoor vreselijk saai en met 55 mph schiet dat niet erg op. Voor ons een weg die we nooit meer zullen rijden.

De volgende stop was Hoover Dam. We zijn hier 2 jaar geleden al eens over heen gereden toen we vanuit Las Vegas met een bus naar Grand Canyon gingen. We zijn toen aan de Arizona kant van de dam gestopt en hebben we geen kans gehad om zelf over de dam te lopen. We wilden allebei terug om de dam eens beter te bekijken. Zo’n 4,5 km voor de dam kwamen we echter in de file terecht vanwege wegwerkzaamheden. Naarmate we dichter bij de dam kwamen zagen we dat naast de dam een brug wordt gemaakt. Vanaf 2008 zal er geen verkeer meer over de dam gaan, alles zal dan over de brug gaan die behoorlijk hoog komt te liggen. Het was vreselijk druk op de dam, maar dat is niet vreemd op Memorial Day, het verkeer over de dam werd door de politie geregeld. Eerst zijn we over de dam gereden en hebben we aan de Arizona kant geparkeerd. We zijn toen terug gelopen richting de Nevada kant, de state line gepasseerd en hebben genoten van het uitzicht. Ondanks dat er een flinke wind stond en je alles vast moest houden was dit een hele leuke ervaring. Na de nodige foto’s te hebben genomen zijn we weer terug gelopen over de dam, hebben de auto opgehaald en zijn nogmaals over de dam gereden op weg naar onze laatste stop voor de dag Las Vegas.

Zoals we al eerder hebben gezegd: “What happens in Vegas, stays in Vegas!” dus over Vegas verstrekken we geen informatie. Het enige dat we wel kwijt willen, en dat is meer om het thuisfront een beetje gerust te stellen, we zijn niet op het lokale nieuws geweest.

Gereden miles: 289 (462 km)
Tanken: 16,21 gallon voor $ 53,86
Valley of Fire SP: $ 6

29-5

De koudste dag van onze vakantie was de treinreis van Durango naar Silverton, de heetste dag van onze vakantie was zeer waarschijnlijk vandaag.

We zijn vanmorgen om 9:30 uit Las Vegas vertrokken – we weten niet of we vanavond het lokale Las Vegas nieuws wel hebben gehaald – op weg naar Death Valley. Onderweg zijn we eerst gestopt bij Red Rock State Park, een park dat veel weg heeft van Valley of Fire, maar minder verrassend is. Nadat we de scenic drive hadden gereden hebben we onze weg vervolgd richting Death Valley. Na voor de zekerheid de tank nog maar eens te hebben volgegooid zijn we door gereden naar 1 van de heetste plaatsen op deze aardbol. Voor Death Valley zijn we in het laatste dorpje gestopt om voor de laatste keer snel de e-mail te controleren en naar de wc te gaan. Bij het lokale tankstation was de benzine $1 per gallon duurder dan bij de pomp waar wij hadden getankt. Je kon goed zien dat ze er flink van profiteren dat de volgende pomp pas 125 km verderop is, midden in Death Valley.

We zijn rustig Death Valley in gereden en hebben de buiten temperatuur en de temperatuur van de auto goed in de gaten gehouden. De auto heeft het goed uitgehouden, de temperatuur bleef netjes in het midden hangen. De buitentemperatuur liep snel op naar de boven de 100° F en bleef lang rond de 105°F schommelen. Onderweg zijn we verschillende zoutvlaktes tegengekomen die je vaak al van ver kan zien. De eerste stop was Badwater waar je de zoutmeren vrij ver op kan lopen. Vanwege de temperatuur zijn we het meer wel op gelopen maar zijn we niet al te ver weg gegaan. We hebben onze weg vervolgd naar Devils Golf Course, wat een punt midden in een zoutmeer is en te bereiken was via een dirt road. Vanuit dit punt kan je weer het meer op lopen, maar dat is vanaf deze locatie vrij gevaarlijk omdat het zout scherp kan zijn en een foute beweging of stap lelijke wonden op kan leveren.

Voordat we het visitors center bereikten hebben we de Artist Drive gereden. Dit is een weg die door de bergen heen loopt. Het bizarre aan deze rotsen is dat het vanaf een afstand lijkt alsof je naar een 2-D schilderij kijkt. Door de verschillende kleuren lijkt het net dat er geen diepte in de bergwand zit, maar alsof het een doek is waar de bergwand op is geschilderd. Hele rare gewaarwording en ook bijna niet te omschrijven.

Bij het visitors center hebben we eindelijk een plattegrondje gehaald, we hadden wel al wat kaartjes van internet uitgeprint, maar het is altijd leuk om de kaartjes van het park te hebben. Hiervandaan zijn we naar Zabriskie Point gereden waar we een mooi uitzicht hadden over Death Valley. Eigenlijk wilden we doorrijden tot aan Dante’s View, maar het was al laat en we hadden honger. Ons plan was om bij de Furnace Creek Inn ratelslang te gaan eten, maar helaas de Inn is deze zomer gesloten dus dat zat er niet in. We hebben bij de Furnace Creek Ranch een lekkere salade gegeten en zijn verder gereden naar Stovepipe Wells waar we onze kamer hadden geboekt. Op het moment van wegrijden bij de ranch hebben we de hoogste temperatuur van de dag gemeten, 111° F, wat neer komt op zo’n 44 C. Dit is een temperatuur die we deze vakantie waarschijnlijk niet meer zullen halen. Op dit moment is het 20:30 en het begint eindelijk af te koelen, maar afkoelen in Death Valley wil niet zeggen dat het ook koel wordt. Het zal waarschijnlijk zo rond de 90° F (35 graden) blijven, gelukkig hebben we een zeer lawaaiige airco op de kamer.

Gereden miles: 231 (370 km)
Tanken: 7,29 gallon voor $ 23,69
Red Rock State Park: $ 0, nationale park pas
Death Valley: $ 0, nationale park pas

30-5

Vandaag hadden we een rustige dag op het programma staan zonder al te veel bezienswaardigheden om te bezoeken. We zijn om 8 uur uit Death Valley vertrokken waar het op dat moment al 92° F was. We zijn nog even gestopt bij de Sand Dunes, daar hadden we gisteren geen tijd meer voor. Het is een heel raar gezicht om de kammen bovenop de duinen te zien, die hellen net de andere kant op als de duin zelf gaat.

De weg naar Mammoth Lakes was saai en eentonig maar we zijn wel een paar leuke dorpjes tegen gekomen. In Bishop zijn we gestopt bij Erick Schat’s Bakkery, een Nederlandse bakker. Ze verkopen daar allerlei Nederlandse lekkernijen zoals o.a. appelflappen, oliebollen, verschillende soorten cake en bokkepoten, je kan het zo gek niet bedenken of ze hebben het. Het is ook niet alleen een winkel, het achterste gedeelte bestaat uit een grote bakkerij waar alles zelf gebakken wordt. We hebben hier een lekkernij gegeten en hebben onze weg vervolgd naar Mammoth Lakes.

Rond 1 uur kwamen we al aan bij ons hotel, we hebben even getwijfeld of we door moesten rijden naar Lee Vining, maar de hotels daar zijn veel duurder als hier en het is maar 50 km. Vanmiddag hebben we een beetje rondgereden door Mammoth Lakes, wat wel iets weg heeft van een Zwitsers of Oostenrijks skioord. Het ski seizoen is afgelopen en ze zijn volop bezig om alles gereed te maken voor de komende zomer en winter. De stoeltjes van de skiliften worden gerenoveerd en schoongemaakt en alle gazonnetjes worden weer bijgewerkt. Het plan was om te gaan kijken bij het Devils Postpile National Monument, maar $7 entree per persoon voor een half uurtje vonden we een beetje te veel van het goede. We zijn naar een uitkijkpunt gereden en hebben even in de sneeuw gestaan waarna we weer terug zijn gereden richting ons hotel. Aan de overkant van de straat is een klein winkelcentrum waar we rustig hebben rondgekeken tussen alle souvenirs. Het echte shoppen zal waarschijnlijk pas vanaf San Francisco gaan gebeuren want we hebben tot nu toe bijna nog niets gekocht en echte malls, waar je flink met je creditcard kan wapperen, zijn we ook nog niet tegen gekomen.

Gereden miles: 193 (309 km)
Tanken: 5,46 gallon voor $ 20,00

31-5

Na wederom een ontbijt op onze kamer te hebben gemaakt zijn we rond half 9 vertrokken richting Yosemite, maar wel met een omweg. Eerst hebben we een korte stop gemaakt bij Mono Lake, dat 1 van de oudste meren van de wereld is. Op dit moment is er nog maar 1/5 over van wat het vroeger is geweest. Het meer heeft als karakteristiek dat er over de gehele oppervlakte rotsen uit het water steken, de zogenaamde tufa’s, die zeer geliefd zijn bij de verschillende watervogels.

Na dit bliksembezoek zijn we doorgereden naar Bodie, een oud goudstadje dat tegenwoordig een ghosttown is. De rit ging niet zo vlot als we hadden verwacht want er waren wegwerkzaamheden wat ons zowel op de heen- als terugreis een stop van 15 minuten opleverde. Er kon maar naar 1 kant verkeer over de weg en dat ging onder begeleiding, op de terugweg kregen we een privé-escorte, we waren de enige auto in de rij. Bij aankomst in Bodie hebben we op ons gemak rondgelopen. Het stadje bestaat uit allerlei verschillende gebouwen, van employee residents tot de kerk en van het ranger station tot aan de mill. Bij de kerk stond een ranger het verhaal te vertellen over de heer Bodey die als eerste goud ontdekte in het gebied en naar wie het stadje is vernoemd. Ze hebben de gebouwen zo veel mogelijk in de oude staat behouden en in de gebouwen zie je nog de spullen staan van de oude bewoners, zelfs de kruiden staan nog in de rekken in de lokale winkel. We konden helaas geen bezoek brengen aan de mill om te zien hoe het goud allemaal verwerkt werd, dit kan alleen met een tour onder begeleiding en die begon voor ons veel te laat. Na zo’n 45 minuten rondgelopen te hebben zijn we verder gereden naar Yosemite.

We hadden deze keer geluk, we konden via de Tioga pas Yosemite inrijden. Normaal is deze pas tot ongeveer half juni vanwege sneeuwval gesloten, maar dit jaar was hij al vroeg open. De binnenkomst in het park is via deze pas erg mooi, verschillende meren waar nog sneeuw omheen lag en al een voorproefje van de watervallen. Dit park is zo ontzettend groot dat het ongeveer 1,5 uur duurde voordat we in het dal waren en aankwamen bij onze camping. Onderweg zijn we nog gestopt bij de Upper en Lower Yosemite Fall om deze alvast van een afstand te bekijken. Voor de verandering hadden we een tent gereserveerd. Het inchecken was vrij rommelig, de tenten waren niet voor 5 uur klaar dus we moesten over een uur of 2 maar eens terug komen. Er werd ons wel verteld dat we niets, maar dan ook niets waar maar een luchtje aan kon zitten in de auto en tent mochten laten want het kon wel eens voorkomen dat een beer de auto openbreekt. Een beer gaat er van uit dat ieder luchtje eten kan zijn en zal er alles aan doen om daar bij te komen. Dat werd dus even uitzoeken wat we allemaal bij ons hadden. Alles met parfum lucht, alle etenswaren en zelfs onze watervoorraad en koelbox moest de auto uit. Om 5 uur zijn we terug gegaan naar de receptie om onze sleutel te halen, jaja een tent met een slot, en daar stond iemand van de receptie te vertellen hoe belangrijk het is dat je je auto leeghaalt en niets in je tent laat liggen. 2 dagen voordat we aankwamen had een beer ingebroken in een auto (een cabrio) vanwege een magazine waar een parfummonster in zat, er was niets meer van het dak over. In de week voordat wij aankwamen hebben de beren 7x een bezoek gebracht op de verschillende campings. Je moet er toch niet aan denken dat je ’s ochtends bij je auto aankomt en een vernielde autodeur aantreft.

Wat moet je dan allemaal met de spullen doen die je niet in je auto of tent mag hebben? Die moet je opbergen in de een zogenaamde bearlocker. Standaard zit er een kleine bij je tent waar je je toilettas in op kan bergen, verder staan er een groot aantal openbare bearlockers langs de rand van de parkeerplaats, als er 1 vrij is kan je die gebruiken en eventueel afsluiten met je eigen sloten (komen de koffersloten toch nog van pas). Alle spullen die wij hadden pasten nooit in de kleine bearlocker, maar gelukkig hadden we al vrij snel een grote te pakken. Hier hebben we onze eetvoorraad, koelbox en watervoorraad ingezet en later hebben we ook onze toiletspullen hier maar ingezet want dat was dichter bij de tent als de kleine locker die we hadden toegewezen gekregen.

De tent die we hadden was letterlijk een houtenvloertje met een 1-persoon en een 2-persoonsbed, een kachel die we niet durfden te gebruiken, een kleine kaptafel, een lampje en niet te vergeten een echte deur. Nadat we de auto hadden leeg gemaakt en alles in de locker hadden gezet was het tijd om te gaan eten. We hadden de keuze uit pizza of buffet en hoewel we allebei niet echte buffet mensen zijn hebben we hier toch voor gekozen. Pizza hadden we een paar dagen geleden al gegeten. Tot onze verbazing was het buffet erg lekker, vooral de chocoladecake als toetje. Na het eten hebben we de shuttle gepakt richting het visitors center en hebben we een rondje door het park gereden. In de tent hebben we een planning gemaakt voor de volgende dag, hebben wat gelezen en zijn gaan slapen. Het zou die nacht rond 43º F worden, dus we waren op alles voorbereid.

Gereden miles: 175 (280 km)
Tanken: 11,578 gallon voor $ 46,32
Bodie: $ 6
Yosemite: $ 0, nationale park pas

Na een berekoude nacht zijn we rond half 9 opgestaan. We hadden de tent inclusief ontbijt en ook dit smaakte zeer goed. Rond 10 uur hebben we de shuttle gepakt naar Vernal Fall, hier zouden we een korte hike doen naar de Vernal Fall Footbridge. Deze korte hike werd echter een stukje langer toen we op de brug zagen dat je nog een stuk verder door kon klimmen naar de top van de Vernal Falls waterval. Op dit moment zijn de watervallen op het hoogtepunt dus dit was iets dat we niet aan ons voorbij konden laten gaan. Na nog eens 20 minuten stijl omhoog kwamen we aan bij de top van de waterval. We zijn niet helemaal naar boven gegaan want het laatste stuk ging over een trap die heel erg ongelijk en spekglad was en wat je op klimt moet je ook weer afklimmen. Flink nat van de nevel van de waterval zijn we voorzichtig weer naar beneden geklommen. Daar hebben we de shuttle gepakt naar de volgende hike, Mirror Lake.

Ze moeten hier toch maar eens gaan leren hoe ze een hike moeten beschrijven. We hadden van te voren alles uitgezocht en volgens onze informatie was dit een roundtrip hike. Het eerste stuk ging lekker, tussen de paardenstront door, totdat we bij het meer aankwamen. Wij gingen er van uit dat we het meer rond konden lopen en via de andere kant weer terug konden lopen naar de shuttle. Zaten wij er even flink naast, het meer liep niet rond, aan het einde van het meer liep het verder in een rivier die we, voor zover wij konden zien, niet konden oversteken. Konden we hetzelfde stuk weer terug lopen, als we dit hadden geweten hadden we deze hike niet gedaan.

Terug bij de camping hebben we een lekkere salade gegeten en zijn we verder gegaan naar de makkelijkste hike van de dag, de Lower Yosemite Fall hike. Dit is een hele korte hike die je naar de onderkant van de Lower Yosemite Fall brengt. Als je naar de waterval toeloopt zie je eerst de Upper overlopen in de Lower, maar als je onder de Lower staat is de Upper niet meer te zien. De hike van de dag was voor ons toch wel naar Vernal Fall, een flinke hike met als beloning een schitterend uitzicht op de waterval en een nat pak.

Bij terugkomst op de camping eerst een extra deken gehaald want in een 2e ijskoude nacht hadden we geen zin. Na het douchen (en 3x heen en weer lopen naar de bearlocker) hebben we weer gegeten bij het buffet. ’s Avonds hebben we foto’s genomen van Half Dome die je vanaf de camping heel goed kunt zien. Op een meadow (weide) voor de camping lopen iedere avond herten te grazen en ook deze moesten op de foto. Je werd ook helemaal gek van de verschillende eekhoorns die je overal tegenkomt. Ze zijn niet zo brutaal als de eekhoorns in de Grand Canyon, maar ze doen ook niet voor ze onder. Rond half 9 hebben we nog een rondje gelopen over de camping en bleken ze een kleine documentaire uit te zenden over Yosemite en de Giant Sequoia’s. Erg interessant en leuk om naar te kijken. Helaas hebben we geen beren gezien, maar aan de andere kant betekent dit wel dat we geen berenvoedsel zijn geworden.

Gereden miles: 0
Tanken: $ 0

2-6

Gelukkig was het vannacht wat warmer in bed, maar het hield nog niet helemaal over. Ach komende nacht slapen we weer in een hotel waar de kachel aan kan, we de wc en douche op de kamer hebben en we niet heen en weer hoeven te lopen naar onze bearlocker, hooguit naar de auto beneden op de parkeerplaats.

Vanmorgen zijn we om 7 uur opgestaan zodat we vroeg op pad konden richting San Francisco. Eerst hebben we een bezoek gebracht aan Bridalveil Fall en Tunnel view. Bridalveil fall is een zeer makkelijke hike die je naar de voet van de waterval brengt. Tunnel view is een uitzichtpunt waar je aan je linkerhand El Captain ziet, in het midden Half Dome en aan de rechterkant Bridalveil Fall. Dit is 1 van de meest gefotografeerde punten in Yosemite. Helaas is dit een punt waar je niet ’s ochtends naar toe moet gaan om foto’s te maken want dan heb je de zon recht in je gezicht staan.

Na deze korte bezoekjes zijn we Yosemite uitgereden waar we zowaar bij het verlaten van het park onze nationale park pas weer moesten laten zien. Het eerste gedeelte van de weg was erg bergachtig en werd op een gegeven moment erg saai, de bossen en bergen zijn we nu wel zat. Na een tijdje reden we Walnut and Almond county binnen. Het enige dat je hier langs de kant van de weg ziet zijn walnoot en amandel bomen, voor de afwisseling heel leuk om te zien. Toen we notenland net verlaten hadden zagen we verschillende auto’s stoppen aan de andere kant van de weg en de highway partrol stond op de middenberm. Het komt wel vaker voor dat mensen gewoon langs de kant van de weg stoppen, maar toen we ook nog stoeltjes, tafels, eten en drinken te voorschijn zagen komen wisten wij ook niet meer wat we moesten denken, totdat we een politie escorte ons tegemoet zagen komen met daarachter een kleine 2500 motoren, voornamelijk Harley Davidsons. Het bleek hier te gaan om de Minden Ride, een motortocht georganiseerd door de Redwoon Empire Harley Owners Group, die 3 dagen duurt. Hier rijden niet alleen Harleys in mee, er rijden ook genoeg andere merken motoren mee. Gedurende 10 mijl hebben we aan de andere kant van de weg niets anders als motoren voorbij zien komen, we waren allebei meteen weer klaarwakker.

Ons plan was om vandaag via de Golden Gate Bridge San Francisco binnen te rijden, maar vanwege de drukte zijn we via de Bay Bridge de stad binnen gereden. Op de brug kan je Alcatraz en de Golden Gate al zien liggen, helaas lag de Golden Gate gedeeltelijk in de mist. Omdat we allebei een oog op de route en weg moeten houden hebben we onderweg niet veel van de stad gezien. Aangekomen bij ons hotel hebben we onze spullen naar de kamer gebracht en hebben we ons omgekleed want het is koud, zo’n 60º F. We zitten om de hoek van Fisherman’s Warf dus daar zijn we naar toe gelopen, hebben we een beetje gewinkeld en zijn gaan eten bij het Hard Rock Cafe. Na ons diner zijn we weer teruggelopen naar ons hotel om de afgelopen dagen te beschijven en plannen te maken voor morgen. Nu zitten we lekker Pirates of the Caribean 1 te kijken, een voorproefje want in LA willen we naar deel 3 in de bioscoop.

Gereden miles: 197 (315 km)
Tanken: 5,62 gallon voor $ 20
Tol Bay bridge: $ 4

Vandaag hebben we lekker uitgeslapen, na constant tussen 7 en 8 uur op staan is dat wel eens lekker. Om half 10 zijn we maar eens ons bed uitgekomen en hebben we ontbeten. Gisteravond hadden we al uitgezocht wat we vandaag zouden gaan doen en de eerste stop was een dagkaart kopen voor de muni, het openbaar vervoer van San Francisco. Eerst hebben we gekeken hoe ze de cable cars omdraaien. Ze worden bij de eindhalte op een turntable gezet en handmatig omgedraaid.

Onze eerste rit vandaag was met een cable car vanaf Hyde naar Powell street station, het is toch wel uniek om het hoogte verschil tussen de verschillende straten te zien. Het ene moment ga je stijl naar boven, het volgende moment ga je stijl naar beneden en daartussen in zijn er ook nog vlakke stukken. Vanwege de grote hoogteverschillen moet er af en toe extra bijgeremd worden. Achterop de cable car staat de conductor/2e remmer, hij zorgt er voor dat de car bij het naar beneden gaan aan de achterkant op de rem staat. Het remmen wordt niet op de wielen van de car gedaan, maar gebeurd in een 3e rails die tussen de wielen doorloopt. De remblokken zijn van hout en bij grote wrijving kan je een smeulende houtlucht ruiken. Ze gebruiken geen metalen remblokken omdat bij vochtigheid metaal op metaal niet afremt en dan kan het gebeuren dat de car doorschiet.

Vanaf Powell street station zijn we eerst een stuk Market street en daarna Powell street ingelopen en hebben we lekker gewinkeld. Op Powell street hebben we geluncht in een ouderwetse diner en daarna zijn we begonnen aan ons echte rondje San Francisco.

Er waren een paar dingen die we echt wilden zien en zijn begonnen bij China Town waar we ook gewinkeld hebben, alles dat je op Fisherman’s Warf kan kopen is daar weer net iets goedkoper. Middenin China Town hebben we weer een cable car genomen naar Grace Cathedral. Grace Cathedral is eigenlijk een kopie van de Notre Dame in Parijs, alleen dan 4x kleiner. Vanaf Grace Cathedral hebben we weer een cable car genomen naar het einde van de lijn, de rails stopt letterlijk en de enige kant die ze nog op kunnen is terug naar het beginpunt. De cable cars die op deze lijn rijden hebben dan ook dubbele bediening waardoor ze niet gedraaid hoeven te worden zoals de cars op de andere lijn.

Voor de verandering hebben we op het eindpunt van de cable car lijn een bus genomen naar het Haas-Lilienthal House, 1 van de vele authentieke victoriaanse huizen die door de hele stad verspreid staan. Hierna zijn we met de volgende bus doorgereden naar het Buena Vista park. We zijn tot aan het park gelopen, maar de weg liep zo ontzettend stijl omhoog dat we bij de ingang van het park omgedraaid zijn en terug zijn gelopen naar de bushalte. Ondertussen was het al half 5 en een bezoek aan city hall zat er dus niet meer in. We zijn er wel naar toe gegaan en hebben de buitenkant bekeken. We waren er al voorbij gereden toen we de stad inreden maar dan heb je niet echt de mogelijkheid om het gebouw goed te bekijken. Ons eindpunt was weer Powell street station waar we de cable car weer genomen hebben om naar het kromste straatje van San Francisco te gaan, een klein gedeelte van Lombard street.

Dit straatje is echt uniek in San Francisco, over het algemeen zijn alle wegen recht en lopen van oost naar west en/of van noord naar zuid. Dit straatje is echter een slinger die tussen een blok huizen doorloopt, met mooie bloembedden met hortensia’s erin. Dit straatje is zeer geliefd bij toeristen die allemaal met hun eigen/huur auto door het straatje willen rijden. Zelfs taxi’s met toeristen rijden door het straatje heen en voor de chauffeurs is het een beetje sport om de laatste paar bochten met gierende banden te nemen.

We hebben voor het laatste stukje richting Fisherman’s Warf weer de cable car genomen. Gisteren waren we compleet vergeten om een kijkje te nemen bij de zeeleeuwen op Pier 39, dat hebben we vandaag dus gedaan. Ze liggen daar met z’n allen gezellig op pontons, maken een hoop lawaai en stinken een uur in de wind. Een paar mannetjes waren aan het vechten om een ponton en dat leverde een hoop lawaai en een hoop spetters op. Hierna zijn we gaan eten bij het Rainforest Cafe en terug gegaan naar ons hotel.

Morgen gaan we fietsen over de Golden Gate en we hopen dat het weer dan beter is als de afgelopen dagen, de brug ligt niets anders als in de mist. Morgenavond brengen we een bezoek aan Alcatraz, dus als jullie na deze updates niets meer van ons horen zitten we waarschijnlijk opgesloten. We hebben al gezien dat ze een Alcatraz Swimteam en Tri-athlon team hebben dus misschien komen we over een paar jaar weer tevoorschijn of komen we misschien in aanmerking voor het outpatient programma.

Gereden miles: 0
Tanken: $ 0
Muni pass: $ 11

Vanmorgen zijn we rond half 10 vertrokken richting pier 41 om daar een paar fietsen te huren. Het plan was om over de Golden Gate Bridge te gaan fietsen en we hoopten dat het weer ook mee zou werken. Het fietsen hebben we gedaan maar het weer werkte alles behalve mee. Na een test rondje en uitleggen waarom we geen helm wilden, we komen nou eenmaal uit fietsland, zijn we via Fisherman’s Warf naar de brug gefietst. Bij Fisherman’s Warf zijn we toch nog even terug gereden want Mariska gleed iedere keer van haar zadel af en dat rijdt toch niet lekker. Haar fiets werd omgeruild en uiteindelijk konden we dan toch vertrekken aan onze “lange” tocht.

Tot aan de brug is het allemaal vlak, in tegenstelling tot de rest van de stad, maar om de brug op te komen moet je 2 vrij stijle heuveltjes oprijden en dat viel wel even tegen. We hadden niet verwacht dat het eerste heuveltje zo stijl zou zijn dus binnen de kortste keren stonden we weer stil. We waren nog niet gewend aan de versnellingen dus terugschakelen ging niet zo heel snel. Uiteindelijk zijn we de heuveltjes, zonder lopen, opgekomen en kwamen we aan bij het visitors center. Hier hebben we heel even rondgekeken.

We hadden het allebei al flink warm gekregen en in het visitors center was het nou niet bepaald koud dus we zijn snel weer op de fiets gestapt en zijn de brug opgereden. We hadden verwacht dat dit ook nog wel een beetje klimmen zou zijn, maar de brug is helemaal vlak. Het weer werkte absoluut niet mee, de brug heeft de hele dag in de mist gelegen. Af en toe zag je het bovenste deel boven de mist uitkomen of kon je het onderste deel zien, maar dat is het enige dat we gezien hebben. De misthoorn van de brug heeft zich ook van zijn beste kant laten horen en als je daar boven staat is dat een hoop lawaai. Halverwege de brug zijn we even gestopt om wat foto’s te maken, maar door de mist zagen we niet veel. Uiteindelijk hebben we toch beide peilers kunnen zien en zijn we de brug afgereden richting Sausolito.

De weg naar Sausolito is alleen maar bergafwaarts en we bereikten dan ook een aardige snelheid. Dat is hier wel gevaarlijk want fietspaden zijn er bijna niet, je rijdt op de openbare weg naast de auto’s. In Sausolito hebben we geluncht en om 2 uur hebben we de ferry terug genomen naar Pier 2.

Terug in San Francisco hebben we de fietsen terug gebracht en hebben we nog even rondgehangen op Pier 39. Vanaf 5 uur konden we onze kaartjes voor Alcatraz ophalen en om 6:10u vertrok onze ferry. Eerst op de foto (die we nooit meer terug hebben gezien) en daarna boarden. Dat ging nog bijna fout want de ferry sloeg bijna los door de deining van het water, de loopbrug was al van de ferry losgeslagen. Het boarden werd stilgelegd totdat de ferry weer goed vast lag en het weer veilig was om over de loopbrug te lopen, gelukkig stond er niemand op de loopbrug op het moment dat deze los sloeg want dat had wel eens goed fout af kunnen lopen.

Met 5 minuten vertraging zijn we uiteindelijk naar Alcatraz vertrokken waar we ongeveer 15 minuten later aankwamen. We werden in 3 grote groepen verdeeld en iedere groep kreeg een gids die de groep naar het celblok begeleide en onderweg het een en ander over de buitenkant en geschiedenis van Alcatraz vertelde. Aangekomen in de gevangenis kregen we de apparatuur voor de audiotour die je door de hele gevangenis leidt. Het verhaal wordt verteld door ex-bewaarders en ex-gevangenen en dat maakt het toch wel heel speciaal. Zonder de audio tour kan je alleen informatie halen uit de brochure en van de borden die aan de muren hangen. In de audio tour worden verhalen verteld over ontsnappingen, opstanden en andere gebeurtenissen. De gehele audio tour duurt ongeveer een uur, onderweg zie je plaatsen waar men is ontsnapt, je kan je op laten sluiten in een isoleercel (en dat is donker!!!), volledig aangeklede cellen en de nephoofden die zijn gebruikt bij een ontsnapping. Een hoop spullen die ze gebruiken komen uit tv series en films die over de gevangenis zijn gemaakt. Er zijn ook een hoop dingen die heel bekend voorkomen. Als je de gevangenis inloopt kom je terecht in de ruimte die in de film The Rock gebruikt is al doucheruimte en in de cellen zie je de blokken zitten die ze uit de muur hebben gehaald om te ontsnappen.

Wat ons heel erg is opgevallen is dat ze alleen de delen onderhouden waar de toeristen komen. De cellen in de streng beveiligde afdeling zien er allemaal heel netjes uit, net geverfd en zo veel mogelijk in originele staat hersteld. Er zijn ook cellen die nog steeds zijn zoals ze 50 jaar geleden waren en aan deze cellen is nooit iets gedaan. Gedeelten van de gevangenis zijn in hele slechte staat, men zegt dat ze willen proberen om alles te herstellen maar wij twijfelen of dit echt het geval is. Wij vonden het heel speciaal om de gevangenis te bezoeken en de audio tour maakt het bezoek helemaal compleet.

Bij terugkomst moesten we nog eten, maar aangezien het als 9 uur was werd het moeilijk om nog bij een normaal restaurant terecht te kunnen dus voor deze ene keer werd het junkfood.

Gereden miles: 0
Tanken: $ 0
Fietshuur: $ 67